Meisjesjas en -muts van Peru

Materiaal: Scheepjes Peru groen/grijs (50) 5 bollen voor de jas en 2 bollen Peru ecru (10) voor de muts., 3 knopen. Breinaald nummer 9.

Stekenverhouding: 10 steken en 14 naalden in tricotsteek gebreid, zijn 10 x 10 cm. Controleer dit en gebruik indien nodig andere naalden.

Gebruikte steken:

Ribbelsteek: Alle naalden recht.

Boordsteek: Afwisselend 1 steek recht en 1 steek averecht.

Nop: In dezelfde steek (1 recht, 1 averecht, 1 recht, 1 averecht, 1 recht) breien. Keren en brei 5 averecht. Keren en de 2e, 3e, 4e en 5e steken één voor één over de 1e steek halen en dan deze steek gedraaid recht breien.

Points patroonsteek: 1 kantsteek, 1 averecht tricotsteek, *1 averecht tricotsteek, 3 ribbelsteek, 1 averecht tricotsteek, nop, herhaal vanaf *. Brei de nop in elke volgende 4e naald, de naalden daartussenin wordt deze steek in tricotsteek gebreid.

Tricotsteek: Recht op de goede, averecht op de verkeerde kant.

Averechte tricotsteek: Averecht op de goede, recht op de verkeerde kant.

Gerstekorrelsteek:
1e naald: Afwisselend 1 steek recht en 1 steek averecht.
2e naald: Averecht boven recht, recht boven averecht.
Herhaal deze 2 naalden.

Werkwijze:

Rugpand: Zet 51 steken op en brei 3 naald ribbelsteek. Brei verder in patroonsteek. Minder bij 10 cm hoogte elke 3 steken ribbelsteek tot 2 steken ribbelsteek door 2 steken samen te breien. Minder bij 19 cm hoogte elke 2 steken ribbelsteek tot 1 steken ribbelsteek. Brei bij 28 cm hoogte 4 naalden ribbelsteek en brei verder in tricotsteek. Kant bij 34 cm hoogte voor de armsgaten 1 x 2 en 1 x 1 steken af in elke 2e naald. Kant bij 49 cm hoogte voor de hals de middelste 15 steken af en brei beide delen afzonderlijk verder tot 51 cm hoogte. Kant de steken voor de schouders af.

Linker voorpand: Zet 28 steken op en brei 4 steken boordsteek. Voor de sluitbies, te beginnen met 1 steek averecht (1e naald = verkeerde kant) en 24 steken ribbelsteek. Brei verder als bij het rugpand. Minder als bij het rugpand. Zet bij 46 cm hoogte de 4 steken sluitbies op een stekenhouder en kant aan halszijde 1 x 3, 1 x 2 en 1 x 1 steken af in elke 2e naald. Kant de steken voor de schouder op dezelfde hoogte af als bij het rugpand.

Rechter voorpand: Brei dit in spiegelbeeld met op 31 en 39 cm hoogte een knoopsgat. Kant voor een knoopsgat de 3e steek af en zet deze er in de volgende naald weer bij op.

Mouwen: Zet 22 steken op en brei 3 naalden recht. Brei verder in tricotsteek. Meerder voor de mouwwijdte 4 x 1 steken aan weerszijden van elke 8e naald. Kant bij 30 cm hoogte voor de mouwkop 1 x 2, 2 x 1 en 1 x 2 steken af aan weerszijden van elke 2e naald. Kant de overige steken af.

Afwerking: Sluit de schoudernaden. Neem de steken van de stekenhouder van het rechter voorpand op de naald, neem rond de hals een oneven aantal steken op en zet aansluitend de steken van de stekenhouder van het linker voorpand op de naald. Brei over alle steken een boordsteek. Brei op 47 cm hoogte nog een knoopsgat. Kant na 5 naalden boordsteek alle steken in boordsteek af. Zet de mouwen aan, het midden van de mouw komt tegen de schoudernaad. Sluit zij- en mouwnaden. Naai de knopen aan.

Werkwijze muts: Zet 42 steken op met ecru en brei 7 naalden boordsteek. Brei verder in gerstekorrelsteek en brei in de 1e naald in elke 2e steek 1 steek recht en 1 steek averecht = 63 steken. Plaats bij 14 cm hoogte 6 merkdraden in het werk als volgt: Tussen de 6e en 7e steek, vervolgens een merkdraad na elke 10 steken. Minder vervolgens 4 x 1 steken aan weerszijden van elke merkdraad in elke 2e naald. Brei in de 2e volgende naald 1 kantsteek, 8 x 2 steken samenbreien, 2 steken breien. Rijg door de overige 11 steken een draad, trek aan en hecht af.